Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En ik trok uit bij nacht door de [29]Dalpoort, en voorbij de [30]Drakenfontein, en naar de [31]Mistpoort, en ik [32]brak aan de muren van Jeruzalem, dewelke verscheurd waren, en [33]haar poorten met vuur verteerd. 29. Dat is, waar deze poort tevoren geweest was en naderhand weder opgebouwd is; zie hfdst.3 vs.13, alzo van de volgende. 30. Of, Slangenfontein. Hierdoor wordt door sommigen verstaan de fontein des waters Siloa, als gaande zeer stillekens en zachtjes, gelijk of een slang kroop. Zie Jes.8:6, en onder, hfdst.3 vs.15. 31. Waar men de vuiligheden uitbracht naar de beek Kidron, zo enigen menen. 32. Om eigenlijk te weten wat er aan schortte, en wat er aan te doen was. Anders, ik lette op de muren, enz., hoe ze gescheurd waren, enz., alzo ook vs.15. 33. Te weten, van Jeruzalem.